Dit schilderij van Claes Molenaar (of Molenaer) uit 1656 gunt ons een blik op de Kleine Houtweg in de richting van de stad. Rechts bevindt zich de toegangspoort tot Middelhout, waarvan het noordelijk deel in 1651 werd afgesplitst en verbouwd als Hofje van Heythuyzen. In 1702 werd Middelhout voorgoed bij Spaarnhout getrokken.
In het boek staat een uitgebreid verhaal over Spaarnhout. Ik heb alleen de stukjes over Middelhout overgenomen.
In 1702 wist Pels (eigenaar Spaarnhout) Spaarnhout uit te breiden door de aankoop van het buitentje Middelhout aan de Kleine Houtweg, even ten noorden van zijn oprijlaan.
Middelhout was het buitenverblijf van de Haarlemse koopman Willem van Heythuyzen, die een huis aan de Oudegracht bewoonde. In zijn testament was vastgelegd dat zijn hof, tuin en huis aan de
Kleine Houtweg na zijn dood moesten worden veranderd in een hofje voor arme mannen en vrouwen. Na zijn dood in 1650 werd door de testamentaire executeurs aan zijn verzoek gevolg gegeven. In 1651 werd de bijbehorende boerenwoning met tuin door de regenten van het hofje aan de Amsterdamse koopman Hendrik van Vladeracken verkocht. Tevens nam hij de zaal of kamer over met een erfpacht van 31 gulden per jaar die op de grond van het hofje rustte. De zaal zal wel een onderdeel van het buitentje zijn geweest.
De op het schilderij van Claes Molenaar afgebeelde gebouwen doen denken aan een agrarische bestemming. Dat stemt overeen met de bijgelegen boerenwoning. Iets over het interieur komen we te weten aan de hand van de veilingvoorwaarden uit 1668. Het goudleer in de achterzaal en het grote schoorsteenstuk met de afbeelding van de hofstede (schilderij Claes Molenaar?) waren bij de koop inbegrepen. Bij 6000 gulden werd Middelhout toen opgehouden. In 1670 verkopen de kinderen van Hendrik van Vladeracken, Geldorf en Suzanna, “een hofstede met zijn huys en erven genaemt Middelhout” aan de Amsterdamse koopman Johannes Cockney. Er is geen sprake meer van een boerenwoning, zodat de kans groot is dat Van Vladeracken een en ander tot een nieuw Middelhout heeft laten verbouwen. Hij is het die in 1702 zijn bezittingen aan Guillermo Pels overdoet. Het jaar van sloping is niet bekend.
Tot zover de informatie over Middelhout. Heel veel informatie is er over Spaarnhout, maar dat heb in buiten beschouwing gelaten.
Wellicht is wel interessant dat Spaarnhout in 1926 werd gekocht door de Gemeente Heemstede, die er de Vereniging voor Bloembollencultuur wilde onderbrengen. Dit werd gedwarsboomd door de annexatie van het gebied door de Gemeente Haarlem op 1 mei 1927. Het aanvankelijke plan om er villa’s te bouwen stuitte op veel weerstand. Op 25 oktober 1927 kocht de ‘Stichting Spaar en Hout’ het terrein om er een ‘Doopsgezind Bejaardenhuis’ te vestigen. Het oude, verwaarloosde gebouw werd gesloopt, waarna er nieuwbouw verscheen, naar een ontwerp van de Haarlemse architect K. Jonkheid. Leonard A. Springer kreeg de opdracht de tuinen te reorganiseren, met handhaving van verschillende tuinornamenten.
Op 20 mei 1930 werd het nieuwe tehuis aan het Zuider Buiten Spaarne geopend.
P.S. De verschillende spellingen van Spaarnhout heb ik letterlijk overgenomen uit het boek. (A.L.)
Ons complex werd opgeleverd in 1997.
Wat echt oud is, is het monumentale hek dat Middelhout scheidt van de Oosterhoutlaan. Het is er geplaatst in de 18e eeuw, dus zo'n 300 jaar geleden. Het is een rijksmonument met als nummer ID 19638 . Officiële omschrijving: Hek van 'Spaer en Hout', gesmede naamletters , gemetselde pijlers, 18e eeuw. En dat is precies wat het is. Meer informatie is er niet over bekend.